Het was gezellig druk op Giesbeek in het weekend van 5 en 6 september. Maar liefst 25 Solo’s verschenen aan de start vor de Rhederlaag wedstrijden. De voorzitter waande zich vanwege de strandjes, bomen en heuvels (!) op het meer van Geneve, ook al omdat de windomstandigheden er blijkbaar op leken: enorm vlagerig, enorm draaierig, geen golven, wel onvoorspelbaar. Er werd dan ook heel wat gezwommen, al dan niet op het water, maar Anton Kok liet zien dat je niet zwaar hoeft te zijn om met veel wind goed te varen: hij won het evenement overtuigend.
Maar liefst 2 verslagen hieronder. Eén van Wim Borrias, winnaar van de fel begeerde John Wilson Cup, en met eer in ontvangst genomen. Daaronder een verslag van Mr. John Wilson himself. Helemaal onderaan vindt u de uitslag.
Blub, Blub, hier is uw zwemmende reporter.
Op een avond zitten Claudia (mijn vrouw) en ik een borreltje te drinken en daar ging de telefoon, tring, tring, met Wim Borrias, Wim met Gerard hoorde ik aan de andere kant van de lijn, hoe gaat het met je en wanneer kom je een wedstrijdje zeilen, nou Gerard binnenkort, ach Wim kom dan in Giesbeek. Na veel heen en weer gekwekker heb ik gezegd, oke Gerard ik kom.
Hoe ik Gerard ken, nou ik heb een Solo bij hem gekocht, maar de Solo 500 vond ik teveel geld wat Gerard daar voor vroeg. Toen zei Gerard, oke, dan het bod wat jij zegt accepteer ik, alleen ik kom een weekend bij je. Dat is geen probleem, ik nodig je graag uit. Na het telefoongesprek zei Claudia, ken je die man, ik niet zei ik, maar wat maakt het uit. Nou heb ik een makkelijk vrouwtje, en zei, we zien wel wat dat voor een figuur is. Na 2 weken belde Gerard mij op en vertelde mij, ik kom niet bij jou maar neem een hotelletje. Waarom Gerard vroeg ik hem, ja zei Gerard, ik neem mijn moeder mee. Maar Gerard, wij hebben meer bedden, dus neem je moeder mee. Dat heeft Gerard gedaan en we hebben het weekend van ons leven gehad. Ik heb in dat weekend zoveel van zeilen geleerd, dat had ik niet verwacht dat iemand zoveel van trimmen, zeilen en motiveren kan. Om eerlijk te zeggen, de zeilers die meer naar de top willen neem een paar uur zeil- en trimles van Gerard, ik weet zeker dat je daar beter van wordt. Wat ik van hem heb geleerd is perfect.
Woensdagmorgen reed uit Oostenrijk weg om dat aankomende weekend te kunnen zeilen in Giesbeek. Gerard en ik zouden donderdag en vrijdag gaan trainen, maar er stond een wind, veel en veel te hard. Om eerlijk te zeggen, zaterdag in de wedstrijd stond er wel veel meer wind.
Na de wedstrijd is er altijd een prijsuitreiking. Ik had er niet zoveel zin in om daar te blijven. Gerard , we hebben de boot op de trailer, zullen we naar huis gaan. Nee, zei Gerard, we gaan nog even naar de prijsuitreiking. Gerard, daar heb ik weinig trek aan. Toch maar toegegeven en daar stonden we. Een man van de Giesbeekse vereniging deelde de prijzen uit en daarna moest er nog een of ander bestuurslid een woordje doen. Bij nader inzien was dat onze voorzitter. Ik dacht daar gaan we, in Oostenrijk is dat ook , bij langlaufwedstrijden spreekt eerst de voorzitter van de organiserende vereniging, dan de sponsor en dan de burgemeester. Ondertussen ben je dan wel een klein uurtje onder de pannen voordat de prijsuitreiking komt. Ik dacht onze voorzitster is zeker ook een keer in Oostenrijk geweest en denkt nu, na elke wedstijd wil ik ook een woordje doen. Nou ja, daar kwam ze, vertelde het een en ander onbelangrijks en toen, ja toen, er moest een stukje worden geschreven, niet iemand uit het westen en niet uit het oosten, het moest van ver komen, ik dacht duik nu achter de bar en ja hoor, ze zocht mij en ja hoor ik had een prijs gewonnen. Die prijs was zo belangrijk, ik kon er die nacht niet van slapen. In ieder geval ik maandag morgen om 7.30 uur een Telegraaf gekocht, want daar zal zeker zo’n belangrijke prijsuitreiking zeker in de sportkrant staan. Helaas niet in de sportkrant, ach dacht ik, die prijs die ik gewonnen heb staat zeker op de voorpagina. Maar ook daar niks te bekennen.
Eigelijk ging het alleen maar om een stukje te schrijven over de zeilwedstrijd in Giesbeek. Maar lieve bestuursleden, hoe kun je mij nu vragen. Op zaterdag in de eerste wedstrijd ben ik onderste boven gegaan. Ja, met de giek in het water en hup daar draaide de Solo en ik lag plat. De 2e wedstrijd was het met de gijp. Ik wou met het bootje gijpen en op het moment dat ik wou, draaide de wind zo, dat dat kreng niet wou, ik dacht luiken dicht en duiken maar. Ja 5 seconden later, daar ging de Solo en ik zwemmen en dat voor de 2e keer. Nu moet ik wat schrijven over de wedstrijd, als het bestuur me dat voor de wedstrijd had gevraagd, ja, dan had ik pen en papier meegonomen. Maar nee, alles naderhand. Omdat ik in de achterhoede zat, heb ik weinig gezien van de top, dat wil zeggen als ik weer een verslag moet schrijven blijf dan met jullie bootjes achter mij, zodat ik een beter overzicht heb om een stukje te schrijven.
Ik heb veel bewondering voor onze top dames, de top mannen hadden toch veel moeite om het zwakke geslacht achter hun te laten. Ik doe mee en waarom, op zaterdag na elke wedstrijd heeft mij Marleen, Claar , Anton en nog wat mensen die ik niet van naam ken mij gevraagd, hoe gaat het, en pas op, let op je schootspanning of je neerhaler. Op dat moment dacht ik, die zijn een verlengstuk van de heer Gerard Post, ja deze man lult mij ook de oren vol. Na zaterdag, daar was ik moe, daar vertelde Gerard mij alles op het gebied van zeilen, wat ik moest doen, maar onderweg van Giesbeek naar Oude Wetering sliep ik, maar Gerard maakte mij steeds weer wakker en ik moest alles over zeilen aanhoren. Wat en hoe ik moest zeilen.
Gerard stelde mij aan iedereen voor en 1 man die me wat meer vertelde als alleen ik ben Anton, ja dat was Anton, na een klein gesprek spraken wij hoe en waar je gemiddeld in het veld ligt. Ach zei Anton, ik heb al een tijdje niet meer wedstrijd gezeild en hoop net achter de top te komen. Nou we hebben het gezien, Anton werd gewoon dik een. Anton van harte met je eerste plaats en kom naar Hoorn, hoe het ook met je nekspieren gaat. Om eerlijk te zeggen, kom Anton, als je niet komt zal ik je missen. In Oostenrijk zingen ze, ik ben zo mooi en zo mooi, ik ben de Anton aus Tirol en zo Anton zouden we willen zingen, ik ben Anton de kampioen en daar kan het westen niks aan doen. Ach Anton, ik kom ook uit het oosten, kom op Anton, ‘tMut Kun’n.
Ik zou deze prijs, de zogenaamde “John Wilson Cup†verder willen geven aan Anton, neem jij even het stokje over.
Tot ziens zo als ze bij ons in Tirol zeggen, hou de oren stijf,
Servus.
Wim Borrias, ben nu als ik dit schrijf 63 jaar geworden, neem nu met Gerard een verjaardagsborrel.
Verslag van John Wilson:
De Rhederlaagwedstrijden en Thunderbirds are go!
Het was op uitnodiging van de Nederlandse Soloklasse dat reporter John Wilson gevraagd werd getuige te zijn van de twee wedstrijddagen in het Gelderse Giesbeek.
Zo’n uitnodiging is niet een beetje eervol en ga je met camera en laptop als een hele vent op stap met de Tomtom op afroep. Maar de werkelijk is wreed en ongrijpbaar. Op weg naar de Giesbeekse plassen draaide de Mini Cooper in de soep en bleef er niets anders over de ANWB te bellen voor hulp. De tune: ‘Hang on a dream’ zou beter passen bij het wachtsignaal voor de gestrande automobilist. Maar alles is overbrugbaar, een groot Zen-gebaar van het almachtige is in iedere autorijder als vanzelf neergedaald door de onophoudelijke files en de landelijke stilstand op de asfaltbanen. Met in de berm wat resten van gecrashte voertuigen die o, noodlot, weer een andere pech hebben doorstaan. Een gebroken V-snaar is nog geen dodelijk ongeval, en zo plus je het noodloot stapsgewijs naar het positieve vooruitzicht levend de garage bereikt te hebben.
De eerste wedstrijddag is mij goeddeels door autopech voorbijgegaan. Stormvlagen en regenwolken jankten over de Giesbeekse plassen, dat wel. Het Soloveld werd er gegeseld en zij die na het omslaan weer hun boeltje bijelkaar vonden, hebben de finish gehaald. Heldenmoed en volharding met een gevoel van de sportieveling die door het afzien de catharsis bereikt. Al weer een beetje de Zen in ons zelf naar boven gehaald eigenlijk, maar niet in de nationale file, wel door de pijn van het afzien te kennen en door te pakken. Wat doen die sporters toch waardoor ze hun pijngrens willen bereiken en aan het einde van de race zeggen: ‘het deed pijn, maar het was o, zo lekker!’
De tweede dag, zondag, was een revelatie na alle inspanningen van de dag ervoor. Alsof de Mini Cooper weer als ooit tevoren begint te snorren en de geöliede moter naar hartelust wil karren. Maar wat is de vergelijking met Solo’s en het wrede noodlot, het door Goden besliste ongeluk? Daarover kan ik nooit volledig zijn. Maar denk eens, denk hier aan de Nederlandse dichter Martinus Nijhoff in zijn: ‘Het kind en Ik’. Met zijn onvergetelijke eerste zin: ‘Ik zou een dag uit vissen, ik voelde mij moedeloos, ik maakte tussen de lissen met de hand een wak in het kroos’.
Voor de zeilers die nu afhaken zeg ik dat het wedstrijdzeilen er alles van heeft die nederigheid met het grootse te durven combineren. Dat heeft overmoed en tomeloos verlangen in zich, maar ook ergens dat ongewone, dat absolute dat je niet zo maar kan kopen of immiteren. Soms is de techniek je de baas en dwingt je in de berm. Zo ook de zeilers achter in het veld. Een prachtig beeld komt op van de Thunderbirds. Jaren 80 op T.V. met poppen aan dunne draden, lichtjes lopend, bijna dansend en de wereld redden met de Thunderbird 1, 2 en de groene 3. Was dat er nog maar allemaal. Dan zou ik de Thunderbirds aan de kant van de weg staande gebeld hebben! O, International Resque, can you hear me!’
Toch hebben de laatsten in het veld van Giesbeek niet naar de International Resque gebeld. Er was het verbijten van de pijn, de teleurstelling en de schoonheid van het moment. Dat was er voor ieder die omsloeg, voorbij gevaren werd, de verkeerde koers had genomen en tussen de verkeerde boeien finishte. O, pech, o, noodlot, wat overkomt mij nu juist hier op dit moment, staat er op ieders lippen te lezen. Maar dan die tevredenheid, de voldoening het gehaald te hebben. In dat moment spiegelt zich de verliezer zich in de winnaar. Wat is de zeilsport dan genadeloos mooi en wreed.
Is getekend: John Wilson september 2009