Pattibon, ‘proposal for a monument’, Documenta 11, Kassel
De V van vrijheid in de Soloklasse
Beste Solozeilers,
John Wilson is enige maanden geleden opgehouden met zijn column. Zijn duikbotencolumn was de allerlaatste bijdrage voor de Solosite. Voor sommige zeilers is dat geen gemis, voor andere een ontbering. John Wilson is met de noorder horizon vertrokken, als een zwaluw hopelijk, gevlucht uit de koude streken; de vogel zal ooit terugkeren op zijn ouderlijk nest.
Maar aan die verwachting van zijn terugkeer is een lange weg te gaan. Intussen is er op het sportieve zeilersgebied een ernstige ommekeer waarneembaar. Het woord: zeilmeisje wil niemand meer horen. Drammerig heldendom van vaderlijke zijde is ontmaskerd als een infame bedreiging van de autonome oprechtheid. Vader Dekker blijkt eerder de wens van de gedachte te personifieren dan zijn dochter ooit kan zijn, (er schuilt toch hoop in de jeugd), met een gegijzelde situatie tot gevolg die doet denken aan de Orca die eenmaal gered onder de cameralampen, er niets meer van bakt en nooit meer in vrijheid kan voortleven.
Vrijheid heeft een glans verloren onder de schijnwerpers. Menig sporter heeft dit gevaar proberen te compenseren door een extra portie drugs te gebruiken en vervolgens hard te ontkennen dat er ooit gebruikt is.
Vrijheid is van een geuzennaam verschrompeld tot een miezerig soort vertwijfeling dat we met het gedoogkabinet van CDA en VVD weten in te schatten als een vaudeville van groteske proporties. Neen, u als zeilers staat tot uw knie in het water en denkt ook met uw knie!
Politiek heeft hier in zeilerstermen niets van doen en in u allen stroomt het ruige zeebonkenbloed of die van de geuzennaam Viking met vierkante knikkers! O wee, de Solozeiler die zich buiten deze fysieke horizon van de sport begeeft en op het vileine pad van de geestelijke inspiratie inslaat. Vilein is het woord als de spiermassa’s de boventoon voeren.
Het is John Wilson geweest die zich bekwaamde in de ongelijke strijd tussen het talent en zijn gemankeerde achtergrond. Anders gezegd: de winnaar heeft de verliezer nodig, zoals de Loser zich kan wentelen in zijn slachtofferschap door genaast te zijn door zijn superieure Held.
Enkele uren vooraf aan de zeilwedstrijden op de Braassemmeren, klonk van oud-voorzitter Lex een lithanie over de uitslag van de nog te varen wedstrijden. Eigenlijk hoeft er niet gevaren te worden, is zijn mening. In het eindklassement ligt de score overduidelijk tussen: laat ons zeggen Sven Nijs, Pelé, Coen Moulijn en nieuwe talenten als Alonso, Messi.
Er is, met andere woorden, een score op te tekenen die vandaag de lijstaanvoerders in beeld brengt en het middenveld nauwelijks beroering kan bezorgen noch achteraan, bij de hekkensluiters, waardoor dit Solozeilen een andere getalsorde in beeld brengt.
Wat mankeert die Soloklasse dan tóch om uit te varen en het verlies te nemen zoals de Goden Poseidon en Aeolus gebieden? John Wilson heeft tussen de voorspelling en de kiem van het kwaad, willen spreken over het ontzag voor de krachten van het veld. Hij heeft willen schrijven over de adelaar die boven de horizon zwevend, tegen de zon in kan kijken en zijn vlucht over de aarde als een schaduw kan volgen.
Het zeilen in de Solo is in zijn Wilsoncolumn een retorische vraag die ons als sporters met de woorden van Simon Vinkenoog voor de uitspraak stelt: ‘De wereld swingt, de rest zijn mummelende bedelaars’. Waaruit maar één Dadaistische klank volgt: ‘Kom op met uw Solo en steek van wal, ga als een scheermes, laat het haringkaken aan de wal over!’
Peter Otto, (Nom de plume: John Wilson.)
Arnhem, Januari 2011