Een grote man springt over de zwaardkast van ons kleine spiksplinternieuwe Solootje. “Wat een gekâ€, denk ik. Hij gaat weer overstag en met een elegant hupje springt hij alweer over de zwaardkast. “Dat hij er niet doorheen zaktâ€, denk ik. “Zo doe je datâ€, brult de grote man. Het waait behoorlijk en de grote man is niet te remmen. In zijn zogenaamde nette kleren is hij vanuit het rubberbootje zo in de spiksplinternieuwe solo van mijn dochter gestapt. “Die is niet wijsâ€, denk ik. “Je moet wat powahr in de overstag gooiehâ€, brult de grote man en hup daar gaat-ie weer. De grote man heeft er duidelijk veel plezier in en het deert hem geenszins doornat te worden. “Nah joh…dat drooch wel weeahâ€, meldt de grote man vrolijk. “Gek accent die gozahâ€, denk ik. Mijn dochter zit er wat verloren bij. De grote man en ik praten over snel overstag en weer op gang komen daarna. “Kort draaiuh en hoppa direk weeah aan de windâ€, zegt de grote man. Ik knik driftig. “Wil er niks van weten en gewoon een beetje zeilenâ€, denkt mijn dochter.
We schrijven eind augustus 2009; ik zeil het NK Pampus op de Braasem en maak kennis met ene Gerard Post die me op zijn beurt voorstelt aan ene Marleen. De stoom komt uit hun oren van enthousiasme over de Solo. Marleen blijkt een heerlijke meid die apetrots is op haar bootje. Er meldt zich, die woensdagavond, ene Claar (alweer zo’n heerlijke meid) die mogelijk nog enthousiaster is. Dochter Marloes (toen 22 jaar) is een klein poppetje en weegt zo’n 50 kilo. Ze zeilt (sinds kort) in het Yngling team van HWH te Loosdrecht. We laten ons meeslepen met het enthousiasme van Gerard, Marleen en Claar. De bestelling is gedaan. Marloes goes Solo. Stiekem ben ik wat jaloers. Het is een hartstikke leuke boot en voor mijn gewicht (70 kilo) zeer geschikt. We vragen Gerard om zelf maar te beslissen welke mast en welk type zeil erop moet. Het is voor de lol maar toch geschikt voor wedstrijdzeilen.
“Komp helegaar goed hoarâ€, zegt Gerard opgewekt.
De stoute schoenen trek ik aan en zeil mee met het vrijbuiter weekeinde. Wat opvalt is het sportieve karakter van de klasse. Per ongeluk klap ik pal boven een collega Solo-zeiler. “Sorryâ€, mompel ik, “niet gezienâ€. Er wordt sportief gereageerd. Het blijkt een leuke klasse te zijn. “Weet je watâ€, denk ik, “ik zeil mee met het NK van de solo klasse. Leuk!â€
Tijdens het NK blijkt het pas echt een heel leuke klasse te zijn. Gek eigenlijk. Heel thuis voel ik me. Het is als een warme douche. Per ongeluk zeil ik vooraan mee. Gelukkig waait het zachtjes en dan gaat het wel. Zondag waait het de tweede wedstrijd behoorlijk door en dan wordt het pas echt zeilen. Dan wordt het pijnlijk duidelijk dat ik nog vele lessen van de grote man in een kleine boot moet krijgen.
“Zouw die grotah gozah mijn wel wille leere zeilah?â€, denk ik….
Bedankt Solisten voor het leuke competitieve wedstrijdzeilen en meer nog voor de warme ontvangst in de klasse. Van harte hoop ik dat de Solo klasse zal doorgroeien. Het zeilt super en het is zo’n heerlijke eigenwijze boot. Zou dat de stille kracht van de klasse zijn? Dat eigenwijze….
Met hartelijke groet,
Ene…Jack Kamminga; (geleende) solo 580
Nagekomen bericht: te koop; zgan Pampus. Laatste jaar wat minder in gevaren. In wedstrijd conditie. Prijs; notk. (de grote man zou er wel in passen maar die is niet uit de Solo te slaaaaaaaaan.)